
108. Op zaterdag 17 mei 2025 stond de Anglo-Ierse band Flook op het podium van Roots aan de Zaan. Flook heeft een compleet eigen geluid, met traditioneel gewortelde tunes, een akoestische groove en een zeldzame mix van technisch kunnen, delicate interactie en een gedurfde, avontuurlijke muzikale verbeeldingskracht. Aan virtuositeit bij de leden van Flook zeker geen gebrek, maar de unieke impact van deze band komt voort uit de volstrekt intuïtieve, bijna symbiotische uitwisseling tussen de verschillende instrumenten.
Een frontlinie van fluiten en accordeon is wellicht geen garantie tot succes, zelfs niet in de folkmuziek, maar dat is waar Flook voor koos ten tijde van de oprichting in 1995, toen de leden hun krachten bundelden. Vanaf 2008 werd het (na vier prima albums) stil rond Flook, een periode waarin Sarah Allen overigens een tijd lid was van The Waterboys.
Het duurde tot 2019 voordat hun vijfde album Ancora verscheen waarna de band weer ging touren. The Irish Times prees hen als zijnde “met kop en schouders boven de concurrentie uitstekend”. En nu viert de groep, in 2019 nog genomineerd voor de Ierse RTÉ Folk Awards (als Best Folk Group), dit jaar haar dertig-jarig bestaan.
Hoewel ze in hun live-shows zeker hun oude albums niet zullen overslaan, evolueert hun muziek voortdurend. Nu, na dertig jaar, spelen deze vier vrienden nog steeds graag samen – en wel op de top van hun kunnen.
‘Virtuoso playing abounds … the most creative bodhran player on the planet … superb technique plus a genuine feel and some stonking tunes is a powerful recipe’ – MOJO
Flook bestaat uit Brian Finnegan (fluiten), Sarah Allen (fluit en accordeon), Ed Boyd (gitaar) en John Joe Kelly (bodhrán). Dit was hun enige concert in Nederland.
Beeld van het optreden van Flook










Snapshot uit de nieuwsbrief
Dat was onze eerste volle bak in De Wormerveerse Vermaning: Flook!
Het was soms even rekenen. In onze vorige locatie was het duidelijk: er waren 190 stoelen,punt. Bij de nieuwe plek – kerk met in het midden stoelen, en opzij allemaal bankjes – ligt dat wat anders. We weten: met enig proppen zouden er tot 200 bezoekers in kunnen, maar dan zijn er best aardig wat die op de achterste rij houten bankjes zouden moeten zitten en dan zie je zowat niets, en comfortabel is daar ook anders: proppen, daar willen we niet aan doen. Er komt tenslotte ook bij: er is 1 damestoilet, 1 herentoilet en 1 invalidentoilet, en de bar is niet groot, Om het leuk te houden voor iedereen, moet je gewoon ergens stoppen.
Toen we die eerste keer daar (11 januari jl) met Cláchan 125 bezoekers hadden, was het al “best vol”. Zo besloten we daarna te stoppen met online kaartverkoop als we de 140 aantikten, om daarna een wachtlijst te starten. Die mensen die zich na de zogeheten 140-grens daarvoor meldden, konden we mondjesmaat ook steeds toelaten – waarbij in overleg met zaalbeheerder Hanna we écht zouden stoppen op 155. Enkele bezoekers moesten de dagen ervoor cancellen, waardoor zelfs de laatste wachtlijstmensen toch nog door konden schuiven, en voila: 155 waren er ook daadwerkelijk, en de wachtlijst was leeg!
Waarbij zowaar nog bleek, dat er nog een handvol stoelen achterin vrij bleef: dus nu weten we, dat 160 bezoekers (voor onze concerten dan) de absolute max is om het een beetje leuk te houden. Nu halen we dat aantal bijna nooit, dus dit dilemma van mogelijk-teveel-bezoekers(-en-hoeveel-dan) is een absolute zeldzaamheid.
Eerlijk gezegd: toen we Flook boekten, hadden we nog niet aan zien komen dat het zó goed zou gaan lopen. Maar … wat weten wij nou helemaal? Je boekt wat: soms zit je er qua publiek er totaal naast; soms schiet je midden in de roos. Flook zat in de laatste categorie. Toen de eerste reserveringen vorig jaar binnenkwamen en deze uit het buitenland (!) kwamen, dachten we al: ah, deze kan wel eens gaan lopen …


De oplettende terugkerende toeschouwer zal gezien hebben dat we het podium ditmaal (zoals by de januari try-out) aan de ‘orgelkant’ hadden. We houden het podium waarschijnlijk over het algemeen aan de ‘kanselkant’, maar daar past geen breed podium zoals nu nodig was: dit, i.v.m. twee (nood)uitgangen aan de kanselkant. Het fijne van de door Edvard vorige maand gedoneerde podiumdelen is, dat we heel flexibel kunnen zijn met de opstelling. Na wat geschuif die middag (dank, Piet) was er een vijf meter zaalbreed-van-kerkbank-tot-kerkbank podium.
Alle betrokkenen waren gelukkig ruim op tijd, zodat diverse Flook-leden zowaar nog tijd over hadden de geneugten van Wormerveer te beleven – en wij op ons gemakje die volle zaal konden afwachten, en vervolgens ruim de tijd hadden voor soundcheck en een volwaardig diner: nasi en bami van Piet, en saté en gado-gado-salade van Moon. De eerste vroegbezoekers tuimelden al binnen, toen we nog aan de kroepoek knabbelden. Waarna het al rap behoorlijk vol werd en we de deur van de zaal maar tien minuten eerder dan gepland openden, anders stond iedereen wel erg opgepakt.

De aankondiging deed Edvard maar in het Engels, dit vanwege een best fors contingent aan buitenlandse bezoekers: we begrepen, dat er zelfs iemand speciaal uit Helsinki was overgekomen. Ook waren er in elk geval Duitsers en Oekraïeners, en vertoonde de reserveringenlijst diverse zuid-Europees klinkende namen.
Wat ook opviel was … de gemiddelde leeftijd van de bezoekers. Deze was een stuk lager dan wat we eigenlijk een beetje gewend zijn. Boorden we zowaar een nieuw publiek aan?
Muzikaal was het fantastisch: dertig jaar Flook werd gevierd. Ooit zag ik ze live, het moet ergens in de jaren negentig geweest zijn, en ik heb het altijd een beetje in mijn achterhoofd gehouden. En – je zou zeggen: mogelijk wat moeilijker aan de man/vrouw te brengen als het repertoire 100% instrumentaal is. Slechts 1x eerder hadden we een volledig instrumentale act op het Roots aan de Zaan podium: het tot Motyk hernoemde Flairck, begin 2023 – en ik weet nog dat er toen zowaar iemand was die aangaf niet te komen “omdat er niemand zingt”.

Dat geluid hebben we nu gelukkig niet gehoord. Wervelend samenspel, waarbij het oogcontact tussen fluitisten Brian Finnegan en Sarah Allen opvallend was. De ritmetandem van Ed Boyd (gitaar) en John Joe Kelly (bodhran) liep als een stoomtrein, waarbij die bodhran nog nèt geen vlam vatte.
Na afloop beleefden we zowaar een heuse sessie, toen allerlei voornamelijk jong publiek de foyer overnam met plots tevoorschijn komende instrumenten, en zo gingen we uiteindelijk pas tegen middernacht, zoals dat heet, flookend de kerk uit.