67. We sloten het jaar af in De Kleine Waarheid. Met Martin Tourish, Daire Bracken en Lorcán Mac Mathúna op vrijdag 21 december 2018. Figuurlijk gesproken andermaal in Ierland, met wederom een exclusief concert voor Nederland.
Martin Tourish is de accordeonvirtuoos die met name bekend is als lid van Altan, dat in januari 2017 te gast was bij Roots aan de Zaan, toen in een uitverkocht Zaantheater. Violist DAIRE BRACKEN was ooit lid van Danú en speelde met de grootste namen, van Liam Clancy tot Niamh Parsons. De voorman is vocalist LORCÁN MAC MATHÚNA, en om zijn werk te beschrijven halen we even een artikel aan dat Marius Roeting voor New Folk Sounds schreef:
Op en top Iers met die nasale naklank, bijna fluisterend en toch zo krachtig. Herkenbaar in de dictie, de ‘uitspraak’, ook in het Gaelic. Mac Mathúna zou een sean-nos (solo) zanger kunnen zijn, waar je uren naar kan luisteren. Gekluisterd alsof je naar een oude verhalenverteller luistert. En dat doe je in feite. Mac Mathúna heeft diezelfde betovering, diezelfde grandeur, hetzelfde hypnotiserende. En dan is er de muziek die hij maakt. Altijd vol overtuiging, hartstocht, diepgang, kennis, vernieuwend op het oude gebaseerd, maar voortschrijdend, niet conserverend en toch de traditie gerespecteerd hoog houdend.
Over Daire Bracken’s vioolspel schreef Roeting: “Soms flitst hij over de snaren in duivels snelle, korte noten, maar met de volle akkoorden en polyfone tonen, schept hij een rijke, gedreven en krachtige achtergrond”.
Kort gezegd maken de heren muziek die niet de standaard Keltische deunen behelst, maar veel verder teruggaat in de geschiedenis. Deze muziek is gebaseerd op de ritmepatronen van de taal. De taal, in tekst of poëzie, die snelheid en cadans bepaalt. Het concert in Zaandam had een unieke, hypnotische kwaliteit – op en top Iers, maar zeker niet enkel van het soort dat over het algemeen wordt geassocieerd met “Iers traditioneel”.
Beeld van het optreden van Martin Tourish, Daire Bracken en Lorcán Mac Mathúna
Snapshot uit de nieuwsbrief (2018)
Na afloop van dit optreden van Martin Tourish, Daire Bracken en Mac Mathúna was er een lid dat ons bedankte voor “gedurfd programmeren”.
Ierse folk: de meesten associëren het met meebrullen met Seven Drunken Nights van The Dubliners, velen denken aan een dromerige hit van Clannad (dam, dam die dam, dam die dééé, dam die dóóó) – een ander denkt aan achtergrond-riedeltjes die vaak voor de leek eender klinken, maar toch best wel jolig, zeker zo met een pint Guinness in de hand. Uit mijn tijd in Ierland, ik (Koen) heb er in de jaren negentig héél veel rondgetrokken, kan ik me overigens ook veel intens slechte country & western herinneren die in pubs verrassend populair bleek.
Puur
En dan heb je de bands die de ziel aanraken van Ierland en ook een flinke snaar raken bij een wereldwijd publiek: van Planxty via Altan tot, veel recenter, Lankum. En soms tréf je die ziel van Ierland. Die kwam even langs in Zaandam in de personen van Martin Tourish, Daire Bracken en Lorcán Mac Mathúna: zij zetten even iets puurs neer. En nee, geen Wild Rover noch Whiskey In The Jar, maar sean-nós zang in Gaelic en nu en dan spaarzaam, heel raak maar subtiel instrumentaal werk.
In de pauze van het concert liep ik even naar mijn broer Jan Kees, wiens bedrijf P. Visser en Zoon (voor al uw specerijen) onze gewaardeerde hoofdsponsor is. Zijn vrouw Marlou en hij zijn vaak bij onze concerten te vinden. Ze zijn geen doorgewinterde folkies zoals het gros van ons publiek, maar laten zich graag en vrijwel altijd positief verrassen, en staan open voor veel. Tot mijn niet geringe verbazing waren er sporen van tranen in mijn broers ogen zichtbaar.
Ik vatte vrij snel waarom. En ik heb hem na het concert gevraagd of hij dat waarom onder woorden kon brengen. Het woord is dit maal dus eens aan hem:
Zodra de eerste noten door Martin Tourish, Daire Bracken en Lorcán Mac Mathúna werden gespeeld kwamen meteen herinneringen naar boven van mijn eerste trip naar Ierland, ruim 35 jaar geleden. Met het idee, zo net na de middelbare school, dat de muziek van The Dubliners model staat voor traditionele Ierse folk, kwam ik in pubs op Aranmore Island, in Galway en dorpen in Donegal voor het eerst in aanraking met muziekstukken, puur en rauw, zonder opsmuk, gezongen in Gaelic. Was dit Iers? Dit klonk niet als The Dubliners? Ik moest eraan wennen, maar raakte gebiologeerd. Daarna nooit meer zoiets gehoord. Tot vrijdag. Puur jeugdsentiment, de rillingen liepen over mijn rug en regelmatig tot tranen toe geroerd. Schitterend concert, puur en zonder opsmuk. Thuis meteen gegoogled naar Joseph Plunkett en Padraig Pearse.
Vanuit het hart
De dag na dit memorabele optreden hadden Martin Tourish en ik contact via Messenger en ik bedankte hem. Niet alleen voor de muziek. Er zijn weinig muzikanten met zijn status van professionaliteit, twee weken ervoor tourde Altan door Japan, o.a. voor een zaal met drieduizend man publiek, die gewoon tijd weten maken voor één enkel optredentje hier in Zaandam. Bovendien in een zaal die met 75 mensen vol is. Dat is vrij uniek. Maar deze lieden spelen met passie, vanuit het hart. Met de ziel van hun geboortegrond – dit waren dus wel héél oprechte Roots (vanuit Ierland) aan de Zaan.
Nee, er wordt in dit geval dus niet neergekeken op een zaal waar te weinig “bums on seats” kunnen zitten, zoals sommige artiesten dat noemen: ze prefereren dit soort optredens juist, dit directe contact met het publiek in een intieme zaal. Dan tref je de rasmuzikanten die met hart en ziel spelen.
Overigens, onze hartelijke dank aan Martin Tijdgat voor oppikken vanaf Schiphol en vervoer naar het hotel en terug. Die helpende handen zijn zeer geapprecieerd.